Per 1 januari 2023 is er een nieuwe aanbeveling van kracht omtrent alimentatienormen. Tot eind 2022 week de berekening van kinderalimentatie af van die van partneralimentatie. Inmiddels is er een vergelijkbare manier van berekenen. Benieuwd? Lees dan even verder.
Berekening van de financiële draagkracht
De draagkracht is bepalend voor de hoogte van de kinder- en partneralimentatie die je gaat betalen. Bij de berekening van de draagkracht voor kinderalimentatie ga je uit van een forfaitaire woonlast. Dit betekent dat je – volgens de berekening – tot 30% van je netto besteedbare inkomen mag verwonen. Het is namelijk niet de bedoeling dat de kinderen de dupe worden van bovenmatige uitgaven van hun ouders. Voorheen werd bij de berekening van de draagkracht voor de partneralimentatie rekening gehouden met de werkelijke woonlasten.
Voorkomen discussies bij het berkenenen van partneralimentatie
Financiën zijn een gevoelig onderwerp als je uit elkaar gaat. Jullie gaan van één gemeenschappelijke huishoudens naar twee aparte woonsituaties. Daardoor hebben jullie meer inkomsten nodig om op hetzelfde welzijnsniveau door te leven. Wanneer je rekent met een forfaitaire woonlast is er minder discussie. Resultaat? Minder gerechtelijke procedures. En dat is wat jullie uiteindelijk willen.
Woonbudget
Zoals we al aangaven, rekenen we per 1 januari verplicht met een woonbudget van 30% van het netto besteedbare inkomen. Van dit woonbudget worden alle woonkosten betaald. In beginsel berekenen we de parnteralimentatie met deze forfaitaire woonlast.
Bijzondere situaties
Uiteraard zijn er uitzonderingen. Verwoont bijvoorbeeld de alimentatieplichtige meer dan foraitair? Dan houdt hij of zij minder draagkracht over voor zichzelf na betaling van de partneralimentatie. In de nieuwe situatie mag je uiteraard meer dan forfaitair verwonen, maar als dit verwijtbaar en vermijdbaar is wordt er gerekend met een forfaitaire woonlast. Met andere woorden, de alimentatieplichtige betaalt de hoogte van de partneralimentatie volgens de uitkomst waarbij gerekend is met een forfaitaire woonlast. Het is een keuze om meer dan forfaitair te verwonen. In de situaties waarin de hogere woonlasten niet verwijtbaar en niet vermijdbaar zijn, is het wel redelijk om hiermee te rekenen.
Er zijn ook situaties denkbaar dat de werkelijke woonlasten lager zijn dan de forfaitaire woonlasten. In dit geval is er meer draagkracht voor de betaling van partneralimentatie. Hier rekenen we mee als blijkt dat de woonlasten duurzaam – dus permanent – aanmerkelijk lager zin dan de forfaitaire woonlasten.
Jusvergelijking
Het is niet de bedoeling dat de alimentatiebetaler na betaling van de eerste levensbehoeften minder overhoudt dan de alimentatieontvanger. Tot eind 2022 gold de jusvergelijking. Inmiddels kijken we naar wat partijen daadwerkelijk te besteden hebben. Dat bedrag hoort gelijk te zijn nadat de alimentatie is betaald. We houden daarbij rekening met de volgende bijzondere kosten: kosten die niet verwijtbaar en niet vermijdbaar zijn én kosten van de kinderen (voor zover die niet uit het kindgebonden budget worden vergoed).
Start uitvoering nieuwe regels partneralimentatie
De nieuwe regels voor de partneralimentatie zijn ingegaan vanaf 1 januari 2023 en zijn dus nu van kracht.
Gratis kennismakingsgesprek
Gaan jullie uit scheiden en willen jullie graag meer informatie? Plan dan een gratis kennismakingsgesprek met één van onze deskundige mediators.